dinsdag 2 augustus 2016

Onze God is een God van het leven, niet van de dood. De God waarin wij geloven is geen monster, maar de vriend van mensen. Homelie van Kardinaal Vingt-Trois bij de moord op een priester.

Homelie van kardinaal Vingt-Trois.  H Mis voor de slachtoffers van St-Etienne du Rouvray.
Woensdag 27 juli 2016



 
 
 
 
Jeremia 15,10:16-21; Psalm 58; Matheüs 13,44-46
 
Dames en Heren,
Broeders en Zusters,
 
1. Heer, hebt gij ons verlaten?
 
"Zult ge voor mij een luchtspiegeling zijn, als een onzeker water?" In dit vreselijk moment dat we meemaken, waarom zouden we dan niet de schreeuw van de profeet Jeremia ons eigen maken te midden van de aanvallen waaraan hij ten deel viel? Hoe kunnen we ons niet naar God keren en Hem om rekenschap vragen? Schreeuwen tot God is geen gebrek aan geloof. Neen, integendeel, het is blijven spreken met hem, en hem inroepen op het moment zelf dat de gebeurtenissen ons lijken zijn macht en zijn liefde in twijfel te trekken. Het is ons geloof in hem bevestigen, ons vertrouwen in het liefdevolle gelaat en de barmhartigheid die hij gemanifesteerd heeft in zijn Zoon Jezus Christus.
Zij die zich bekleden met de schijn van religie om hun moorddadig project te maskeren, zij die ons een God van de dood willen aankondigen, een moloch die zich verheugd in de dood van de mens, en die het paradijs belooft aan wie moordt is zijn naam, zij kunnen niet hopen dat de mensheid toegeeft aan hun waanbeeld. De hoop die God schrijft in het hart van de mens heeft een naam, die naam is het leven. De hoop heeft een gelaat, het gelaat van Christus die zijn leven geeft als offer opdat de mens het leven zou hebben, en wel in overvloed. De hoop heeft een project, het project om mensen samen te brengen tot een enig volk, niet door uitroeiing maar door overtuigen en oproep tot vrijheid. Het is die hoop in het hart van de beproeving, die voor steeds voor ons de weg afsluit naar de wanhoop, van de wraak en de dood.
 
Het is die hoop die de dienstbaarheid van E.H. Jacques Hamel inspireerde toen hij de Eucharistie vierde, waarin hij brutaal geëxecuteerd werd. Het is die hoop die de christenen van het Midden-Oosten steunt als ze moeten vluchten van de vervolgen, en die maakt dat ze kiezen om alles te verlaten, liever dat de vluchten voor het geloof. Het is die hoop die woont in het hart van de honderdduizenden jongeren die zich verzamelen rond Paus Franciscus in Krakau. Het is die hoop die ons niet doet toegeven aan de haat, als we zo gegrepen worden door de gebeurtenissen.
 
Die overtuiging dat het menselijk bestaan niet een toeval van de evolutie is die terug leidt tot destructie en dood, leeft in het hart van de mensen wat ze ook geloven of hun religie is. Het is die overtuiging die geschokt werd in St Etienne du Rouvray en het is dankzij die overtuiging dat we kunnen weerstand bieden aan de verlokking van het nihilisme of de smaak van de dood. Het is dank zij die overtuiging dat we niet willen binnentreden in het delirium van complotisme en onze maatschappij laten gangreneren met het virus van de achterdocht.
 
Men maakt geen eenheid onder de mensen door te jagen op de zondebokken. Men draagt niet bij aan de samenhang van de maatschappij en de vitaliteit van de sociale banden door een virtueel universum te creëren van polemieken en verbaal geweld. Ongevoelig, maar reëel eindigt dit virtuele geweld steeds in een reële haat en promoot de destructie als weg naar vooruitgang. Het woorden-gevecht eindigt maar al te vaak in de banalisatie van agressie als manier van relatie. Een gemeenschap van vertrouwen kan maar vooruitgaan door de dialoog waarin verschillende meningen naar elkaar luisteren en elkaar respecteren.
 
2. De schrik alles te verliezen
 
De crisis die onze maatschappij nu doormaakt verplicht ons er onlosmakelijk toe om een nieuwe evaluatie te maken van wat wij nu als de kostbaarste dingen voor ons bestaan vinden. Men spreekt graag over waarden, alsof het een soort talisman is die we absoluut moeten vasthouden. Maar men is heel wat minder standvastig over de inhoud van die waarden, en dat is wat jammer. Voor een goed deel is het afwijzen van onze maatschappij - en haar degradatie naar haat en geweld - gevoed door de achterdocht dat de waarden waarop we steunen vaak ter discussie staan en worden. Om de woorden te nemen van het Evangelie dat we zonet hoorden: welke schat is verborgen in het veld van onze menselijke geschiedenis, welke parel van grote waarde is ons nagelaten? Voor welke waarden zijn we bereidt om alles te verkopen dat we bezitten om die te bereiken of te bewaren? Misschien, te slotte, maken onze agressoren ons wel wakker om het object van onze weerstand te herkennen?
 
Als onze maatschappij verstoken wordt van een gezamenlijk project, dat het waardig is om de gemeenschappelijke energie te mobiliseren en persoonlijke opofferingen kan motiveren om een zaak te dienen en ieder van zijn persoonlijke voordelen los te weken, dan wordt die maatschappij een consortium van persoonlijke belangen waarin iedere factie probeert haar eigen smaken en ambities op te leggen. En dan, ongeluk voor hen die geen macht hebben, zonder achterwegen, zonder pressiegroepen! Als ze niet kunnen schaden, kunnen ze niet winnen want ze kunnen hun miserie nooit laten horen. De hebzucht en de angst groeperen zich om privileges en zekerheden te verdedigen en te doen toenemen, tot welke prijs ook.
 
Is het echt nodig om vandaag de lijst van onze collectieve angsten boven te halen? Als we ons daar niet aan durven wagen, als we niet enkele durven opnoemen dan laat dat misschien wat licht schijnen over de tijd waarin we leven. Nooit eerder in de geschiedenis van de mensheid hebben we waarschijnlijk zo in overvloed geleefd, met zoveel gemakken om te leven, met zoveel zekerheid, als vandaag in Frankrijk. De ouderen onder ons moeten niet zo heel erg in hun geheugen tasten om herinneringen boven te halen van de ongemakken van het leven en miserie, éen generatie teruggaan volstaat al. Zoveel overvloed aan goederen die verdeeld worden, zelfs al is die verdeling niet altijd gelijk, zoveel mogelijkheden om te leven beletten ons niet om ons aan de angst over te geven. Is het omdat we zoveel kunnen verliezen dat we zoveel schrik hebben?
 
Dat atoombom, de ozonlaag, de klimaatopwarming, de vervuilde gewassen, kanker, aids, de onzekerheid over de pensioenen in de toekomst, de opvang van de ouderen in het laatste jaren, de economie die onderworpen is aan het financiële spel, de kans op werkloosheid, de instabiliteit van de families, de schrik voor een niet-conforme baby, de schrik van een kind te laten geboren worden, de schrik om onze jeugd niet te kunnen integreren, de verspreiding van het gebruik van drugs, de stijging van het sociale geweld dat vernielt, brand sticht, overvalt en verkracht, de blinde moordenaars met hun auto ... Ik ga stoppen want u kan dat heel goed aanvullen en uw eigen vrees erbij schrijven. Hoe kunnen normale mannen en vrouwen nog overeind blijven zonder ten onder te gaan aan deze lijst verschrikkingen? Een lijst waarvan iedere dag ons onze dosis geeft. Een lijst van verschrikkingen door de media die echte campagnes van vrees aanrichten waarbij de angsten voor de hel van predikers uit de vorige eeuw ons voorkomen als verhaaltjes voor onschuldige kinderen.
 
Moeten we ons verwonderen dat in onze tijd zich een syndroom van de bunker manifesteert? een anti-atoom bunker voor de allerrijksten, een bunker van sparren voor de armen, een bunker van sloten, van verzekeringen, een beroep op de publieke veiligheid tot elke prijs, jacht op de verantwoordelijken van de kleinste dysfuncties, kortom alles om ons op te sluiten. We zijn ervan overtuigd dat waar de versterkte steden en de fort-kastelen gefaald hebben, wij wel zullen slagen. We zullen de lust en de verkrachtingen tegenhouden, en dat de armen onze goederen stelen, we zullen tegenhouden dat de volkeren der aarde naar ons komen; Bescherming van de muren, bescherming van de grenzen, bescherming van de stilte. Vooral de ander niet hinderen, de conflicten uit de weg gaan, de agressiviteit, laat staan het geweld, door ongepaste voorstellen of simpelweg door een mening die niet overeenkomt met het beeld dat men ons door een 'pensée unique' wil opdringen.
Stilte van ouders voor hun kinderen en die niet meer de algemene waarden durven doorgeven. Stilte van de elites over de aberraties op de moraal en de legalisatie van afwijkingen. Stilde door ongeldige stemmen. Stilte op het werk, stilte in het huis, stilte in de stad! Wat goed doet het te spreken? De verschillende angsten bouwen een gezamenlijke angst, en de angst sluit op. Ze doet steeds meer verstoppen en verstoppen.
 
Het is op die latente onrust dat zich nu de blinde aanslagen komen bijvoegen als bedreiging. Waar zullen we kracht vinden om die uitdagingen aan te pakken, tenzij als we steunen op de hoop? En voor ons die geloven in de God van Jezus Christus, is de hoop het vertrouwen op het woord van God zoals de profeet het heeft ontvangen en doorgegeven: 'Ze zullen u bevechten, maar ze kunnen niets tegen u, want ik ben met u om u te redden en te helpen. Ik zal u verlossen uit de handen van de ongerechtigen, ik zal u bevrijden uit de greep van de machtigen.'
 
Mijn vesting, is God, de God van mijn liefde.
 
Amen!
 
Kardinaal André Vingt-Trois
Aartsbisschop van Parijs 
 
 
werkvertaling 2-8-2016
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten